Op zaterdag 11 augustus 2012, onder een stralend blauwe hemel opende de eerste tentoonstelling ‘Kunst in de tuin’ in het Sierteeltmuseum, de voormalige pastorie van Zaffelare/Lochristi. Dit initiatief van de gemeente Lochristi wil een platform zijn voor de beeldende kunstenaars van de gemeente. Markus Bundervoet, beeldhouwer en inwoner van Zaffelare, viel als eerste de eer te beurt om er tentoon te stellen in open lucht. Markus toont er een jaar lang een overzicht van zijn werk met een veertigtal beelden en een reeks tekeningen die ontstonden naar aanleiding van vroegere tentoonstellingen. (08-13)
Het evenement werd door het gemeentebestuur aangekondigd in een verzorgde folder met een overzicht van de verschillende activiteiten die er van vrijdagavond 10 augustus tot woensdag 15 augustus werden georganiseerd. Ook in de regionale katern van Het Nieuwsblad verscheen een artikel als aankondiging van de tentoonstelling.
Hendrik Lebon was ceremoniemeester en bracht als inleiding, samen met Katrien, Freya en Jeroen Bauwens, een stemmige interpretatie van het lied Mijn dorp, bekend van de versie van Wim Sonneveld, maar oorspronkelijk van Jean Ferrat.
Hendrik interviewde Markus en uit dit gesprek kwam de verklaring voor de keuze van het lied en ook voor de ongewone outfit van zowel Markus als Hendrik, Jeroen, Freya en Katrien, namelijk een voetbaltenue van voetbalclub SV Zaffelare. Markus vindt zijn dorp en de sfeer rond de voetbalclub heel belangrijk.
De vernissage werd officieel geopend door Mevr. Marie-Claire Van Nieuwenhuyse, schepen van cultuur van Lochristi.
De receptie, aangeboden door het gemeentebestuur, werd feestelijk opgeluisterd door de groep Belcirque, het kwintet van vijf jongedames met leading lady, Astrid Creve.
Peter Esprit van Het Nieuwsblad maakte foto’s en schreef een verslag voor de krant van maandag 13 augustus. Ook op de blog van de krant kan je de foto’s en het verslag lezen.
Bij het poortgebouw van het museum aan de kant van de straat staat een eerste beeld: een rotsblok met reliëf van een vruchtbaarheidsgodin. Het is een heel onopvallend beeld, dat je slechts als je goed kijkt zijn geheim prijsgeeft.
Wanneer men het poortgebouw uit komt, zie je links het laatste werk van Markus dat hij samen met zijn oudste broer Bert gerealiseerd heeft. Het is een polyesterversie van een verweerde en aangetaste knotwilg. Dit technische huzarenstukje kwam tot stand gedurende een academiejaar aan de Academie voor Schone Kunsten in Gent.
Eerst werd de echte knotwilg uitgegraven, wat hard labeur was. Daarna moest het gevaarte overgebracht worden naar de Offerlaan. Hier werd het in het atelier opgehangen aan een zware ketting en katrolsysteem.
Vervolgens werd een mal gemaakt. Guy Kuypers, een internationaal gerenommeerde bronsgieter die werkt voor de bekendste kunstenaars (o.a. Berlinde De Bruyckere, Wim Delvoye), stelde zijn theoretische expertise ter beschikking van de gebroeders Bundervoet omdat Bert hem goed kent.
Wanneer deze technisch heel ingewikkelde mal klaar was – Guy Kuypers twijfelde eraan of dit realiseerbaar was, maar de broers Bundervoet slaagden erin ondanks alle moeilijkheden – werd deze overgebracht naar het buitenatelier van Bert in Lokeren. Hier werkte Markus met het giftige goedje polyester. Hij moest in alle stukken van de mal verschillende lagen polyester aanbrengen tot de lagen dik en stevig genoeg waren. Vervolgens werden alle stukken aan elkaar ‘gelijmd’ en werd het geheel afgewerkt.
Het prachtige aan dit werk is dat het de kijker op het verkeerde been zet. De meeste mensen raken het beeld aan omdat ze twijfelen aan het feit dat het een beeld is. Het gedetailleerde uitzicht van het oppervlak met houtwormgaten en verrotte stukken maakt het uitermate realistisch. Tegelijk is dit inhoudelijk een heel sterk werk omdat het als het ware uitvergroot hoe groot de overlevingskracht van de boom is en omdat het zo als het ware een symbool wordt van de oerkracht van de natuur.
Rechts van het pad zie je dan het beeld dat jarenlang aan de voorkant van Kerkstraat 88 te zien is geweest, een blok waarin een hoofd kan gezien worden, wat dan ook door Markus werd benadrukt. Het is een van de beelden waarin de ziel van de steen zichtbaar gemaakt wordt. Origineel is de Keltische decoratie als huid.
Links langs de wal staan de biddende figuren, door vele mensen als de twaalf apostelen gezien. Deze figuren zijn, in tegenstelling tot wat je op het eerste gezicht zou denken, gegoten in beton. Ze lijken een beschermende halve kring te vormen rond de grote treures, een uitzonderlijke boom die vroeger aangeplant werd als een teken van welstand en die hier dankzij de boomchirurg een beetje langer kan blijven leven. De biddende figuren zijn de gestileerde tegenhangers van de heiligenbeelden in de kerken en kathedralen van onze westerse wereld.
De biddende figuren langs de wal.
Helemaal links staan twee serres, in de eerste toont Markus een aantal portrettekeningen in een door hem uitgevonden techniek.
Selectie uit 'Ogenblik'.
Techniek: stylo op kanvas. De gele kleur is bereikt door directe inwerking van de zon op de tekening.
De stylo en de gele kleur zijn zo gebruikt om een natuurlijke voorstelling te bekomen.
Het accent ligt op de ogen, vandaar de titel: Ogenblik
Wanneer we terugkeren naar de voorkant van de pastorie en het brugje oversteken, zien we een prachtig beeld in zandsteen met een sereen gezicht en hand. |
Dit beeld zit in de privéverzameling van Marleen Bundervoet en is een voorstelling van de zeven hoofdzonden: hebzucht, hoogmoed, onkuisheid, jaloezie, luiheid, vraatzucht en woede. |
De 7 mijlpalen. Deze beelden flankeren de laan van de achteringang van het domein.
Ze werden geďnspireerd door oosterse filosofie en incorporeren ovaal, driehoek,
vierkant, kubus, rechthoek
Deze acht beelden zijn misschien de meest persoonlijke en meest moeilijke werken van Markus. Ze zijn geconcipieerd door het zich verdiepen in het werk van Hildegarde Von Bingen. Deze buitengewone vrouw leefde in het Duitsland van de twaalfde eeuw. Zij was abdis, niet alleen bedreven in religie, maar ook in muziek, taal en wetenschap. Haar denken was revolutionair voor de tijd waarin ze leefde, zelfs naar onze normen, in onze leefwereld zou ze minstens opmerkelijk genoemd worden. De invloed die ze uitoefende blijkt uit haar briefwisseling, haar muziek en de weerklank die deze ook nu nog krijgen met uitvoeringen van haar composities (recent nog in de Bijloke-Gent), de congressen die gehouden worden (vorig jaar, 2011, in het Guislaininstituut te Gent) rond haar persoon en de publieke belangstelling die ervoor is. Ook een biografische film werd getoond in Studio Skoop. In de stenen die Markus creëerde spreekt het gevoel van mystiek, een bovennatuurlijke liefde of éénwording met God. Elke steen op zich is een krachtig teken, maar opgesteld samen in een cirkelsegmentboog inspireren ze tot meditatie. |
De biddende figuren in een andere, meer evidente setting bij de grot van Onze-Lieve-Vrouw van Lourdes en Bernadetje.
Zijn dit zelfportretten? De oogkassen zijn spookachtig hol, vooral als ze ’s avonds achteraan verlicht worden door een tuinkaars.
Zo werden ze ook voor het eerst getoond in 2007 in het Groot Begijnhof van Sint-Amandsberg ter gelegenheid van ‘Een uit de hand gelopen
theekransje’.
Ver op de achtergrond zien we nog een beeld dat ontstaan is in samenwerking met Freddy Taghon. Markus combineerde Keltische motieven met de haiku’s van Freddy.
Ceremoniemeester Hendrik Lebon. |
En van links naar rechts: Hendrik, Jeroen Bauwens en Freya (Collegium Familiale van de Kerkstraat 88). |
Markus voelt zich bijzonder op zijn gemak in een voetbaltenue van SV Zaffelare.
Katrien met de ‘lichtste accordeon’ uit de collectie van Bruno Bauwens,
en baby Bauwens die vooralsnog gedwee meeluistert.
Opgeluisterd door Belcirque.
De sterren van Belcirque met leading lady Astrid Creve (met pauwenstaart).
Markus met enkele genodigden uit het Keltisch dorp van
Destelbergen.
Drie stenen op het terrasje achteraan het museum met Keltische symbolen.
‘Daarom dit schrijven
wat mij draagt
en ooit ontgaat,
sterker dan mezelf’
Detail van een van de stenen ontstaan uit de samenwerking tussen Markus en Freddy Taghon.
Voor een korte beschouwing door Freddy Taghon bij en enkele foto's van de beeldeninstallatie van Markus Bundervoet in de tuin van de Gouverneurswoning te Gent op 8 juni 2002, klik
hier.
Voor een kleine fotoreportage van de installatie (augustus 2003) van het ruim 3 ton wegende beuken beeld in het RVT van Zaffelare, door de bewoners "Abraham" gedoopt, klik
hier.
Verslag: Machteld
Moyson
Fotografie en eindredactie: Luc Bauwens